Diepvriesvrienden (de Volkskrant)

Vijftig tot tweehonderd jaar na hun dood verwachten Henry Sturman, George Overmeire en Ashwin de Wolf te worden ontdooid. De drie vrienden zijn cryonist. Wat hen bindt: een ongebreideld geloof in de wetenschap en het gevoel dat voor hen een tweede leven in de toekomst wacht. Over het sciencefictionbestaan na de futureshock.

— TEKST RENSKE JONKMAN

Vlak voordat George Overmeire vertrekt, loopt zijn vriend Henry Sturman haastig naar zijn werkkamer. Hij komt terug met een paar icepacks met daarin een mix van water en een chemische stof die na opening de temperatuur van onder het vriespunt aanneemt. ‘Een handig eerstehulpmiddel om het lichaam van de ander direct mee te koelen na het intreden van de dood’, verklaart Sturman. De icepacks – twee voor Sturman, twee voor Overmeire – verdwijnen in Albert Heijn-tassen. Dan schudden de mannen elkaar de hand. Met bungelende tassen aan het stuur verdwijnt Overmeire in het verkeer van Den Haag. 

Sturman (53) – koordirigent en muziekdocent – en Overmeire (46) – ict’er – zijn cryonist. Na hun dood laten ze zich invriezen, in de hoop dat de wetenschap zich in de toekomst zo ver heeft ontwikkeld dat zij weer tot leven kunnen worden gewekt. 

Van onder zijn overhemd haalt Sturman een ketting tevoorschijn, met op het koperen plaatje de instructies voor als hij doodgaat. ‘CALL NOW FOR INSTRUCTIONS. PUSH 50,000 U. HEPARIN BY IV. AND DO CPR WHILE. COOLING WITH ICE TO 10C. KEEP PH 7.5. NO EMBALMING. NO AUTOPSY.’ Wat zoveel betekent als: houd de bloedsomloop en zuurstoftoevoer naar de hersenen op gang en koel het lichaam zo snel mogelijk. 

Sturman en Overmeire hebben het allemaal geregeld. Bij een begrafenisondernemer in Amsterdam is een ijsbad klaargezet. Mochten zij overlijden, dan zal hun lichaam in ijs- blokjes worden gelegd. De bloedvaten worden langzaam gevuld met glycerol, een antivries dat de vorming van ijskristallen tegengaat. Het lichaam wordt vervolgens aangesloten op een hart-longmachine om de circulatie van bloed en zuurstof weer op gang te brengen tot de lichaamstemperatuur laag genoeg is. Op een temperatuur van droogijs (-78 gra- den Celsius) zal het lichaam naar de Verenigde Staten worden vervoerd, waar het verder wordt gekoeld tot – 196 graden en het ten slotte met de voeten omhoog wordt bewaard in een dewar, een soort reusachtige thermosfles gevuld met vloeibare stikstof. Voor maximaal 5.000 jaar. Nederland telt zeven mensen met een invriescontract. Allen zijn ze aangesloten bij de Dutch Cryonics OrganisationKosten: maximaal 118 duizend euro. Of een levensverzekering van gemiddeld 91 euro premie per maand. In de Verenigde Staten hangen inmiddels meer dan tweehonderd mensenlichamen ondersteboven, wachtend tot ze over decennia of eeuwen herrijzen. Over de hele wereld hebben zo’n duizend mensen zich ingeschreven voor deze behandeling. De twee grootste aanbieders zijn gevestigd in de VS – het Cryonics Institute en Alcor. Volgens The New York Times worden de inschrijflijsten gedomineerd door ‘niet-religieuze blanke mannen, van wie vele softwarespecialist, een roeping die een groot geloof brengt in de kracht van informatietechnologie’. 

Henry Sturman: ‘Er bestaan voldoende redenen om te geloven dat het in de toekomst moet lukken om iemand tot leven te wekken.’ 

Tweede kans
Moderne pioniers, zo zien Sturman en Overmeire zichzelf. Ze hebben elkaar leren kennen via de Dutch Cryonics Organisation en hebben sindsdien regelmatig contact. Wat hen bindt, is het gevoel dat in de toekomst een tweede leven wacht. Hun vriendschap met andere cryonisten vormt het fundament van dat leven. Zoals met Ashwin de Wolf, een Nederlandse wetenschapper die in de VS woont, waar hij werkt als experimenteel onderzoeker voor Alcor. ‘Er zal altijd een bijzondere band blijven bestaan tussen de mensen die ooit zijn ingevroren’, zegt De Wolf via Skype. ‘Wij zijn tenslotte de enige overlevenden van een ander tijdperk.’ 

Last in, first out
Vijftig tot tweehonderd jaar na hun dood verwachten Sturman, Overmeire en de Wolf te worden ontdooid. Dat werkt volgens het last in, first out-principe. Degene die als laatste is ingevroren, bijvoorbeeld in 2223, wordt door de toekomstige medewerkers van het cryonisme-instituut in Amerika als eerste teruggehaald. ‘Die persoon heeft de minste invriesschade opgelopen en vast nog ergens wat familie of kennissen’, zegt Overmeire. ‘Vervolgens ontdooien ze iemand die híj weer kent. Ten slotte komen ze uit bij Sturman en mij. Je wijdt elkaar als het ware in die nieuwe wereld in.’ 

Overmeire was 15 jaar oud toen hij in zijn slaapkamer de Panorama van zijn ouders doorbladerde en op een artikel over cryonisme stuitte. ‘John F. Kennedy was toen net overleden, en volgens de journalist zou de Amerikaanse president zijn ingevroren – horizontaal, en met alleen zijn gezicht zichtbaar achter een klein venstertje.’ Pas jaren later zou Overmeire ontdekken dat dit klinkklare onzin was (‘Je moet altijd verticaal worden ingevroren!’), maar toen was hij al vele artikelen en boeken verder: over de NASA, interstellaire reizen en astronauten die werden ingevroren om over duizend jaar weer tot leven te worden gewekt. Zoekend met, toen nog, Yahoo en Altavista kwam hij al snel de zoekterm cryonics tegen en dacht: het bestaat dus écht! 

Bijbel
De oorsprong van het gedachtengoed van het cryonisme ligt in het boek van Robert Ettinger The Prospect of Immortality (uit 1964, in het Nederlands vertaald als De Diepvriesmens), voor cryonisten een soort bijbel. Ettinger schreef: ‘Zelfs al zouden we een lichaam kunnen invriezen, opslaan bij lage temperaturen en vervolgens weer bij kennis brengen, dan nog vrezen wetenschappers dat alle herinneringen uit het geheugen zouden zijn gewist, wat resulteert in een soort volwassen baby of idioot. Het is uiteraard van groot belang om onszelf ervan te verzekeren dat dit niet het geval is.’ 

Het behoud van de hersenfunctie is
 het belangrijkste voor de cryonisten. ‘Het handigste is je eigen sterven te zien aankomen’, zegt Sturman. ‘Dan kun je van tevoren maatregelen nemen. Als cryonist zul je liever aan kanker doodgaan dan plotseling,
 door een hartaanval of een ongeluk.’ 

Overmeire, naast hem op de bank: ‘Onze grootste angst is dat de hersenen zouden beschadigen door Alzheimer of een tumor. Dat kun je niet laten repareren.’ 

Alles draait om het bewaren van de eigen identiteit en persoonlijkheid, van alle opgedane ervaringen en herinneringen – van de individuele geschiedenis van een mens, kortom. Sturman: ‘We willen geestelijk kunnen overleven.’ 

Om die reden is bijvoorbeeld het invriezen van alleen dna geen optie. Overmeire: ‘Als ik dat zou doen, krijg ik een kloon. Maar ik ben niet in een kloon van mijzelf geïnteresseerd. Ik wil het zélf zijn.’ 

Mind-uploading
Met de komst van Facebook, Twitter, blogs en e-mail blijft een groot deel van deze individuele geschiedenis tegenwoordig digitaal bewaard: afspraken, gedachten, contacten, ideeën en gesprekken, vrijwel alles. 

Een groot aantal vooruitstrevende cryonisten redeneert volgens De Wolf dat je in de toekomst helemaal niet meer hoeft te worden ingevroren. Immers, als je in het bezit bent van genetisch materiaal én een gedetailleerd digitaal account, waarom zou je dan op basis van die gegevens niet gewoon eenzelfde mens kunnen creëren door mind-uploading?

Maar zelfs onder cryonisten blijft dit kopiëren van de menselijke geest in een computer controversieel. Want in hoeverre blijf je dezelfde persoon? De Wolf: ‘Mind-uploadingwordt pas interessant met een gedetailleerde hersenscan, omdat het dan mogelijk is de ontbrekende details in te vullen die een persoonlijkheid uniek maken.’ 

Geloof in wetenschap
De volgende stap in de evolutie, noemt De Wolf het cryonisme. ‘Terwijl de evolutie tot nu toe een zaak was van natuurlijke selectie, hebben we nu een punt in de evolutie bereikt waarop we de controle over onze eigen leven in handen krijgen.’
 Wat cryonisten als Sturman, Overmeire en De Wolf bindt, is een ongebreideld geloof in de wetenschap. ‘Er bestaan redenen te geloven dat het in de toekomst lukt iemand weer tot leven te wekken’, zegt Sturman. 
            ‘Zo slaagt men er steeds beter in biologisch weefsel na bevriezing te laten overleven: sperma wordt sinds 1949 succesvol ingevroren en na ontdooiing gebruikt voor bevruchting. In 1984 werd de eerste baby geboren uit een bevruchte eicel die bevroren was geweest. En inmiddels zijn wetenschappers erin geslaagd een compleet orgaan na invriezing succesvol te transplanteren.’
 Toch bestaat er juist onder die wetenschappers veel scepsis over het cryonisme, zoals bij neurobioloog en hersenonderzoeker Dick Swaab. Als grootste probleem noemt hij kristalvorming en de daarbij behorende beschadiging van het weefsel. 

‘Het is inderdaad gelukt om kleine organismen weer te ontdooien, zoals kikkervisjes of sperma’, zegt Swaab. ‘Als je naar de wat grotere organismen gaat, blijkt dat onmogelijk. Dan wordt cryoprotectie toegepast, waardoor de chemie van de hersenen dusdanig wijzigt dat alle informatie in het brein verandert of verdwijnt.’ Mensen die vijf minuten na een hartstilstand weer tot leven waren gebracht, hielden een enorme beschadiging aan het brein over. 

Sturman en consorten laten zich er niet door uit het veld slaan. ‘Natuurlijk zit er een aspect van onzekerheid in. We weten bijvoorbeeld niet hoeveel schade de hersenen aankunnen voordat het onmogelijk wordt de identiteit van een persoon te reconstrueren.’ Maar, vindt Sturman, wetenschappers zoals Swaab nemen niet genoeg moeite zich te verdiepen in het cryonisme en conformeren zich te veel aan bestaande denkbeelden. Elke kans is beter dan niets, redeneren cryonisten. ‘Eerst koop je een lot voor de loterij, pas daarna kan je praten over de hoofdprijs’, zegt Overmeire. Die hoofdprijs is een sciencefictionbestaan waarin zij ‘na de futureshock een nieuwe wereld verkennen, mensen ontmoeten en reizen maken’. Sturman: ‘Je kunt op dat moment alles in je leven veranderen. Misschien werk ik dan nog als ict’er, als dat beroep nog bestaat. Ik vind het ook leuk te denken over wat de technologie ons in de toekomst kan bieden, bijvoorbeeld een computer die net zo intelligent is als de mens.’ Zoals veel cryonisten vinden ook Sturman en Overmeire het geen relevante vraag of die toekomstige wereld op hen zit te wachten. Overmeire: ‘Als het egoïstisch is om te willen leven, is iedereen egoïstisch. Iedereen gaat naar de arts om in leven te blijven, zelfs als je in de tachtig bent en kanker hebt.’ 

Zoals hij het ziet: ‘In de toekomst moeten we eerder rentmeester van de schepping zijn dan rentenieren. Daarom moeten we op zoek naar de juiste technologie om de aarde schoner en rendabel te maken, zodat we het leven kunnen voortzetten.’ 

Afgelopen
Over hun beweegredenen zijn ze helder. Overmeire ziet het cryonisme niet als een tweede kans of als een vlucht voor de dingen die hij in zijn huidige leven verkeerd heeft gedaan. ‘Dat is niet mijn motivatie. Het gaat mij om de onvermijdelijkheid van het ouder worden en de dood. Het cryonisme biedt een mogelijkheid deze dans te ontspringen.’ Sturman: ‘Vijftien jaar geleden overleed een vriend van mij. Daarvan is mij het onherroe- pelijke bijgebleven, de eindigheid. Als tegenwoordig een kennis of vriend overlijdt, denk ik: goh, wat zonde dat hij zich niet heeft laten invriezen.’ Arthur Polspoel, voormalig universitair docent aan de faculteit theologie van Tilburg en rouwbegeleider, ziet cryonisme als een nieuw geloof, waarbij de wetenschap een overwinning biedt op de dood. 

‘Het gaat over de vraag: kunnen wij ons verzoenen met de dood?’, zegt Polspoel. ‘In het verleden hadden mensen een veel sterker geloof in de hemel. Dat geloof werd gebruikt om je te verzoenen met de dood. Voor veel mensen is dat nu weggevallen. Het resultaat is dat we de dood moeilijk accepteren. Terwijl de mensen het leven vroeger namen zoals het kwam, wordt de dood nu gezien als oneerlijke spelbreker van de maakbaarheid.’ 

Volgens Polspoel dreigt het gevaar dat mensen commercieel worden uitgebuit in hun zucht de dood te ontspringen, omdat ze emotioneel zijn ten aanzien van hun sterfelijkheid. ‘Bij het cryonisme draait het om het in stand houden van wat je hebt. Dat kan heel makkelijk vercommercialiseerd worden.’ Terwijl onze sterfelijkheid vooral iets is dat het leven kleurt, ook al zijn we er niet dagelijks mee bezig. ‘Niemand zit te wachten op het lijden, maar het lijden is altijd de tegenpool van geluk.’ Ook Swaab ziet nog altijd een belangrijke rol voor de dood weggelegd. ‘De natuur heeft besloten dat het efficiënter is zo nu en dan een nieuw exemplaar te maken en het oude weg te gooien’, zegt Swaab. ‘Als je het lichaam gebruikt, beschadigen de cellen. Ik denk dat we moeten accepteren dat het eens is afgelopen.’ 

Intussen dromen Sturman, Overmeire en De Wolf verder van een leven zonder sterfelijkheid. ‘Ik zet in op ruimtekolonisatie’, zegt Overmeire. Zijn theorie: de mens is voorbestemd de aarde te verlaten en zich via mind- uploading en kolonisatie door de ruimte te verspreiden. ‘We moeten proberen de mensheid als geheel – in plaats van individueel – in stand te houden. We moeten verder, ook als de zon ooit ophoudt. Dat is waar het om draait.’ 

Sturman heeft nog geen duidelijk idee hoe de toekomst eruit moet zien. Als hij wordt ontdooid, met zijn ogen tegen het licht knippert en voorzichtig die nieuwe wereld inloopt, zal het eerste zijn dat hij zich afvraagt: ‘Is het 2100 of 2300? Leeft Overmeire nog? En wellicht, als ik kinderen krijg: leven die nog?’ 

Cryonisme
Cryonisme is afgeleid van cryobiologie: het bestuderen van organismen bij hele lage temperaturen. In Nederland is het invriezen en ontdooien van mensen wettelijk niet toegestaan, daarom moeten Nederlandse cryonisten zo snel mogelijk in gekoelde toestand naar Amerika worden overgebracht. Nadat een arts de dood heeft vastgesteld, wordt daarna meteen begonnen met de invriesprocedure. 

Het reanimeren van ingevroren mensen klinkt onwaarschijnlijk, maar de Noord- Amerikaanse houtkikker bijvoorbeeld doet van nature al iets dergelijks. De kikker brengt tijdens de winterslaap twee à drie maanden in gedeeltelijk bevroren toestand door, om in de lente te ontdooien en weer verder te leven. Het dier produceert een soort antivries, waardoor de vorming van ijskristallen die cellen kunnen beschadigen, wordt beperkt. 

Ook de mens is het inmiddels gelukt om kleine organismen in te vriezen en weer te ontdooien, zoals kikkervisjes en sperma. Cryonisten hopen dat met toekomstige nanotechnologie invriesschade kan worden hersteld. Nanotechnologie is het bewerken van materialen op heel kleine schaal, zoals die van cellen of zelfs moleculen. Cryonisten achten het denkbaar dat in de toekomst een zwerm van miljoenen kleine nanorobotjes in het lichaam wordt losgelaten die de schade repareren. 

Het cryonisme-instituut Alcor biedt ook de mogelijkheid tot vitrificatie, een procedure van ‘verglazing’, waarbij door gebruik van giftige anti-vriesmiddelen de schade aan de cellen minimaal is. Vitrificatie wordt beschouwd als de heilige graal van het cryonisme; er is misschien geen nanotechnologie nodig om mensen te ontvriezen. Sommige cryonisten kiezen ervoor om alleen hun hoofd te laten invriezen, de zogenaamde neuro-suspension – rechtopstaand wordt het hoofd bewaard in een ijzeren houder met twee schroeven door de schedel. Na ontdooiing zal bij het geconserveerde hoofd een nieuw lichaam worden ‘bijgemaakt’, zo geloven zij. De Dutch Cryonics Organisation zegt hierover: ‘Als de wetenschap zover is dat het mogelijk is het lichaam te ontvriezen en te repareren, zal het klonen van een heel nieuw lichaam waarschijnlijk relatief makkelijk zijn.’ 

Dit artikel is gepubliceerd in Volkskrant Magazine.